Tijdens de Woontop zijn belangrijke stappen gezet om de woningnood in Nederland aan te pakken. Provincies nemen hun verantwoordelijkheid en zien de gemaakte afspraken als een eerste stap richting verdere versnelling van de woningbouw. “Het is belangrijk dat we nauw blijven samenwerken met onze partners en scherp houden wat we willen bereiken: ervoor zorgen dat elke woningzoekende een passende woning vindt,” benadrukt Rob van Muilekom, gedeputeerde in Utrecht en portefeuillehouder Wonen namens de provincies.
Concrete maatregelen voor versnelling
Een van de belangrijkste afspraken is de landelijke standaardisering van bouwregels, waarmee kwalitatieve en duurzame woningen sneller en goedkoper gerealiseerd kunnen worden. Deze standaardisering maakt fabrieksmatige bouw eenvoudiger en verlaagt bouwkosten, terwijl ruimte blijft voor innovatie en experimenten. Provincies zetten zich ook in voor het versnellen van woningbouwplannen, waardoor ontwikkeltijden aanzienlijk worden verkort. Daarnaast worden plannen ontwikkeld voor het toevoegen van woningen aan de bestaande voorraad door optoppen en woningsplitsen, en voor het verduurzamen van woonwijken en het transformeren van gebouwen.
Jaarlijkse Woontop als moment van evaluatie
De Woontop is geen eenmalig evenement. Jaarlijks komen alle betrokken partijen samen om de voortgang van de afspraken te bespreken en bij te sturen waar nodig. Vanaf december 2024 staat dit moment vast op de agenda. Samen met het Rijk, gemeenten en corporaties hebben provincies al afspraken gemaakt voor de bouw van ruim 900.000 woningen van 2022 tot 2030, vastgelegd in regionale woondeals. De afspraken van de Woontop zullen hierin worden geïntegreerd, en vertragingen of knelpunten worden aangepakt via regionale versnellingstafels.
Met deze gezamenlijke inspanningen en ambitie zetten we een belangrijke stap in het realiseren van voldoende woningen, zodat iedere woningzoekende uiteindelijk een passend thuis kan vinden.